In het kader van het jaar van de archeologie organiseert het RMO de zogenaamde 12 provinciën lezingen. Om de paar maanden wordt een middag georganiseerd waarin actueel archeologisch onderzoek in een provincie wordt georganiseerd. Op 23 mei stond de Provincie Utrecht centraal. Wilfried Hessing heeft daar samen met Maaike Kalshoven en Sjaak Moren van BAAC de resultaten  van het archeologisch onderzoek, dat te Austerlitz is uitgevoerd tussen 2018 en 2021, gepresenteerd. Het zeer omvangrijke eindrapport is zo goed als klaar.

Tussen 1804 en 1808 bevond zich bij Austerlitz (gemeente Zeist) een enorm Frans-Bataafs/Hollands legerkamp met een lengte van 3 km. In eerste instantie was het een tentenkamp, later omgevormd tot een barakkenkamp. Tijdens de grootschalige opgravingen zijn daarvan duizenden sporen teruggevonden. Niet alleen de sporen van de tenten en barakken, veldkeukens en waterputten, maar ook van de plaggenhutten van de kampvolgers. Samen met het zeer gevarieerde vondstmateriaal geeft het een gedetailleerd beeld van de inrichting van, en het leven in zo’n legerkamp. Niet alleen levert het archeologisch onderzoek in  Austerlitz ons veel nieuwe informatie op over de Franse tijd, het leert ons ook heel veel over  wat  wel en wat niet uit verlaten militaire kampen in de bodem bewaard blijft.

Naast het legerkamp te Austerlitz wordt in de Utrechtse lezingen ook uitvoerig ingegaan op de vondst van een zwaard in een veenmeer te Nieuwegein, opgravingen uitgevoerd in de stad Utrecht waarbij vooral de gewone burger in beeld is gekomen en een inkijk in het cultuurlandschap uit de Romeinse tijd te Rijnenburg waarbij een kanaal tussen de Oude Rijn en de Hollandsche IJssel is aangetroffen.

Onze lezing kun je via deze link terugkijken: Lezingen Provincie Utrecht